Jongeren betrekken bij de energietransitie, dat is nuttig, dachten twaalf Utrechtse gemeenten. Dat doe je met een app waarmee ze hun keuzes kunnen ‘swipen’. En dan leg je ook dilemma’s aan ze voor zoals ‘zes windturbines of een kleine kerncentrale?’. Maar klopt die vergelijking wel?

Watt Nou!
Het project ‘Watt Nou! Jongeren over energie’ was een jongerencampagne op initiatief van  Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU), die vorig jaar liep in twaalf Utrechtse gemeenten. Het doel was om jongeren actiever te betrekken bij lokale discussies over klimaat en energie. ‘Swipocratie’ was één van de online tools die daarbij werden ingezet. De jongeren werd via de Swipocratie-tool dilemma’s voorgelegd, zoals: ‘170 Daken of 1 voetbalveld vol met zonnepanelen?’ Het opvallendste dilemma werd gebruikt in Wijk bij Duurstede: ‘Zes windmolens (250 meter) of een kleine kerncentrale?’ (zie afbeelding hierboven). In de andere 11 gemeentes is dit dilemma niet voorgelegd.

Vergelijking windturbines kerncentrale
Hoe zit dat met die vergelijking tussen windmolens en een kerncentrale? De kleinste normale kerncentrale heeft een vermogen van rond de 500 MW met een gemiddeld rendement van 95%. De energieopbrengst is dan dus 500 MW x 0,95 x 8765 uur =  4200 GWh per jaar.

Windturbines op het land hebben tot nu toe een rendement van 20 tot 30%, maar dat groeit misschien naar 35%. Een molen van 150 meter hoog met een rotordiameter van 120 meter heeft een maximaal vermogen van ongeveer 4 MW. Dan wordt het sommetje: 4 MW x 0,35 x 8765 uur = 12,3 GWh per jaar. Dan heb je dus 341 windturbines nodig om een kerncentrale te vervangen. De Swipocratie-app zit er dus 335 windturbines naast.

En dan wordt het verschil in levensduur (kerncentrales gaan langer mee dan windturbines) niet in de vergelijking meegenomen; ook het feit dat windturbines niet continu stroom leveren waardoor een zekere back-up noodzakelijk is, laten we even buiten beschouwing.

SMR
Initiatiefnemer NMU voert bij navraag aan dat men het in het dilemma had over een zogenoemde Small Modular Reactor, die wereldwijd in ontwikkeling zijn. Deze SMR’s hebben inderdaad minder vermogen dan een conventionele kerncentrale. Overigens is het plaatje dat bij het dilemma werd geplaatst wel van een gewone kerncentrale.

NMU geeft de volgende onderbouwing: ‘Zes van de meest moderne windturbines op land (à 6 MW per stuk, ca. 250 meter hoogte) kunnen net zoveel energie produceren als een SMR-type kleine kerncentrale van 50 MW.’

Maar zelfs als we een maximaal vermogen van 6 MW voor de modernste windturbine op land accepteren, en uitgaan van een SMR met een vermogen van 50 MW dan klopt de rekensom niet. Voor de windturbines geldt 6 MW x 0,35 x 8765 = 18,4 GWh per jaar. Terwijl de SMR 50 MW x 0,95 x 8765 = 416 GWh per jaar zou leveren. Nog altijd zou je dus geen zes maar 23 windturbines nodig hebben, bijna een factor vier hoger.

Toch veel steun voor de kerncentrale!
Conclusie mag zijn dat het dilemma ‘Zes windturbines of een kerncentrale’ hoe dan ook niet klopt. Het opvallendste van alles is wellicht dat zelfs bij deze voor kernenergie ongunstig afgespiegelde cijfers, 40 procent van de deelnemende jongeren in Wijk bij Duurstede alsnog koos voor de kerncentrale (zie afbeelding hieronder).

Over CLINTEL
De in 2019 opgerichte Stichting CLINTEL opereert als een waakhond op het gebied van klimaatwetenschap en klimaatbeleid.
Als u sympathie en waardering heeft voor ons werk, overweeg dan Vriend van CLINTEL te worden of een eenmalige donatie te doen.