Door Guus Berkhout (President CLINTEL).
Guus Berkhout.
Geachte heer Rutte,
Politieke leiders die hun land naar een betere toekomst willen leiden, moeten kennis hebben van zaken. Dat wil zeggen, zij moeten kennis hebben van de harde feiten die beschikbaar zijn en kennis hebben van wat er leeft onder de bevolking. Dat geldt met name voor het klimaatbeleid dat u de komende jaren gaat uitvoeren. Het is vooral dit klimaatbeleid dat de toekomst van ons land zal bepalen.
Meneer Rutte, met alle respect, ik weet dat u met ons land graag voorop wilt lopen in het nemen van klimaatmaatregelen. Maar bent u er zich wel van bewust dat u vreselijk eenzijdig wordt voorgelicht? Realiseert u zich wel dat de échte feiten heel anders zijn dan het sombere beeld dat u nu al jaren voorgeschoteld krijgt? Weet u wel dat als we alles gaan uitvoeren wat er in uw peperdure klimaatplannen staat, de wereld slechts 0,0003 0C minder opwarmt? Dat getal is niet te meten. En realiseert u zich ook dat Nederland er aanzienlijk armer van wordt? Is uw medicijn niet vele malen erger dan de kwaal?
In deze brief wil ik u graag eerst attenderen op enkele belangrijke onjuistheden in de argumentatie van uw klimaatbeleid. Die kloppen écht niet met de feiten. Daarna zal ik voor u de resultaten samenvatten van onze klimaatenquête die we zojuist onder de Nederlandse bevolking hebben gehouden. CLINTEL, een in ons land opgerichte internationale klimaatorganisatie met 23 ambassadeurs in 36 landen, gaat deze enquête ook wereldwijd houden.
A. De feiten
-
De bewering dat 97% van de klimaatwetenschappers ervan overtuigd is dat de opwarming wordt veroorzaakt door de mens, is een gemanipuleerd getal. Dat is al vele, vele malen overtuigend aangetoond. Bovendien, de geschiedenis van de wetenschap heeft keer op keer laten zien dat doorbraken nooit worden bepaald door consensus, maar juist door dwarse ideeën van kleine onderzoeksgroepen, die geleid worden door eigenwijze eenlingen. Die ideeën wijken altijd af van wat door iedereen als waarheid wordt aangenomen.
-
Klimaatverandering is een razend ingewikkeld natuurlijk proces en de wetenschap is er nog lang niet uit. Weet u dat over de dominante effecten van wolken en oceaanstromingen nog maar heel weinig bekend is? Bovendien, de nieuwste wetenschappelijke resultaten laten zien dat de invloed van CO2 op de temperatuur aanzienlijk kleiner is dan eerder werd geschat. Dat verklaart waarom de opwarmingsvoorspellingen van modellen al decennialang veel te hoog uitkomen. De daaraan gekoppelde doemverhalen zijn niet op feiten, maar op aannames gebaseerd. Daar kunt u toch niet uw ambitieuze klimaatbeleid op baseren?
-
Wat we wél goed weten is dat de toename van CO2 een zegen is voor onze planeet. De werkelijkheid is dat de aarde groener wordt en dat de landbouwproductiviteit spectaculair toeneemt. Als dit zo doorgaat, behoort honger wereldwijd straks tot het verleden. Onze eigen beroemde glastuinbouw maakt met veel succes al jaren gebruik van de eigenschap dat alles beter groeit bij een hogere CO2-concentratie. Bovendien is er bij deze toename van CO2, anders dan vaak wordt verkondigd, geen sprake van méér natuurrampen (droogte, overstromingen, orkanen, enz.).
-
Zon en wind kunnen bij lange na niet ons land voorzien van voldoende energie. Dat is geen zaak van technologie, maar een eigenschap van ons weer. Nederland heeft nu eenmaal niet zoveel zonuren en de wind varieert sterk. Bovendien, ons land is welvarend en gebruikt daardoor veel energie. We zullen voor de energiebehoefte ons land dus propvol moeten gaan zetten met windparken en zonneweiden. Als één van de dichtstbevolkte landen ter wereld betekent dat een ernstige verminking van ons mooie Hollandse landschap. Maar het is nog erger. We zullen ook nog een peperduur back-up systeem operationeel moeten houden om energie te leveren op dagen met weinig zon en wind. En die dagen zijn er in ons land voldoende.
-
De door u omarmde optie van biomassa verbranden is aanwijsbaar veel slechter dan het verbranden van steenkool. Waterstof dan? Helaas, waterstof komt niet voor in de natuur. Dat gas moet de mens dus zelf maken (waterstof is geen energiebron, maar een energiedrager) en daarvoor is veel goedkope groene elektriciteit nodig. Maar die hebben we juist niet. Dus zitten we hier in een cirkelredenering. De enige manier om hieruit te komen is op grote schaal energie uit moderne kernreactoren opwekken, maar juist die vorm van duurzame energie is door links in de ban gedaan. Daar moet u niet mee akkoord gaan.
Concluderend meneer Rutte, de wetenschap weet het nog lang niet, de weersafhankelijke bronnen zon en wind zullen in ons land nooit de benodigde hoeveelheid energie op een betrouwbare en betaalbare manier kunnen leveren, het verbranden van biomassa is erger dan het verbranden van steenkool en groene waterstof is pas toepasbaar als we een overdaad aan goedkope groene energie hebben om het te maken. Maar naar die groene energie zijn we nu juist op zoek. Zo houden activisten u al jaren voor de gek.
B. De enquête (Zie hier)
Zoals hierboven reeds vermeld, de komende jaren staan in het teken van de uitvoering van uw Klimaatakkoord, waarbij veel schade zal worden toegebracht aan onze nu nog excellente energie-infrastructuur, dus op de welvaart en het welzijn van onze samenleving. Dat Klimaatakkoord zet in op nóg meer wind en zon. In 2030 moet al ongeveer 70% van onze elektriciteit opgewekt worden met windturbines en zonnepanelen. Dat zijn echter intermitterende energiebronnen die een peperdure back-up nodig hebben en die ook nog eens een extreem groot beroep doen op de schaarse ruimte in Nederland. En, die ruimte hebben we gewoon niet.
Stichting CLINTEL liet eind april door PEIL.NL een representatieve steekproef uitvoeren onder 3000 Nederlanders. We stelden kennisvragen over de opwarming, over het aandeel van broeikasgassen bij die opwarming, over de stijging van de zeespiegel en over het aandeel zon en wind in de huidige energievoorziening. We hebben voor u een korte samenvatting gemaakt van de resultaten.
1. Nederlanders hebben een overdreven alarmerend beeld van de opwarming. Slechts een derde van de ondervraagden weet het goede antwoord (1 graad opwarming sinds 1850) en de helft denkt dat het 3 of zelfs 6 graden is. Ook overschat men de stijging van de zeespiegel. Het angstbeeld dat bij vele Nederlanders leeft, is gebaseerd op onjuiste informatie die ze massaal dagelijks te horen krijgen, mede van de overheid.
2. Slechts 4% van de ondervraagden is het met het IPCC eens dat alle opwarming in de afgelopen 150 jaar door broeikasgassen is veroorzaakt. Maar liefst 43% denkt dat het aandeel van broeikasgassen minder is dan de helft. Die 43% is opmerkelijk, omdat de politiek en de media al vele jaren dag in dag uit met de eenzijdige boodschap komen dat CO2 de voornaamste oorzaak is van de opwarming. Meneer Rutte, dat zou u zich moeten aantrekken. Men vertrouwt uw boodschap gewoon niet meer.
3. In lijn met eerdere peilingen overschatten de ondervraagden het huidige aandeel van zon en wind. Slechts minder dan een kwart kiest hier het goede antwoord (aandeel van zon en wind is slechts 5%), terwijl 36% kiest voor 15% (driemaal te veel) en 17% voor zelfs 30% (zesmaal te veel). Het zó sterk overschatten van het aandeel zon en wind betekent dat er iets niet klopt met uw voorlichting.
4. Ondervraagden hebben bij klimaatbeleid een duidelijke voorkeur voor kernenergie. Bij een vergelijking tussen kernenergie en wind/zon kiest bijna 60% van de ondervraagden voor kernenergie tegen bijna 30% (de helft dus) voor zon of wind. Wind kent maar weinig voorstanders (slechts 12%). Biomassa en ondergrondse CO2-opslag wordt door vrijwel niemand geprefereerd. Een glasheldere boodschap.
Met alle respect, meneer Rutte, kijkend naar de klimaatfeiten en de uitslag van de klimaatenquête is mijn dringende advies aan u om het klimaatbeleid over een geheel andere boeg te gooien. Het kan nu nog. Stop met de omvangrijke houtkap, rationaliseer de energietransitie en geef de burger nu eindelijk eens de juiste informatie over de nationale kosten van uw klimaatbeleid. De laatste wetenschappelijke stand van zaken laat zien dat we ruim de tijd hebben om met deskundigen – die tot nu toe niet aan de klimaattafels van ja-knikkers mochten plaatsnemen – een alternatief voorstel op te stellen met als beginsel: (i) veel meer aandacht voor aanpassing aan fenomenen waar de mens geen invloed op heeft (‘adaptatie’) en (ii) erkennen dat het schone aardgas ons veilig naar het nieuwe energietijdperk van moderne kernenergie zal brengen (‘modulaire minicentrales’). Is het in een parlementaire democratie niet vanzelfsprekend om klimaatbeleid te gaan uitvoeren met kennis van de feiten (‘evidence based’) en met kennis van wat er onder de bevolking leeft (‘bottom-up’)?
Tot slot, meneer Rutte, het lijkt me voor u als Minister-President wezenlijk dat u bij het – voor de toekomst van ons land zo belangrijke – klimaatbeleid niet alleen vanuit één kant wordt voorgelicht. Ik ben bereid om u in een persoonlijk onderhoud op de hoogte te brengen van de andere kant van het klimaatverhaal: “Audiatur et Altera Pars”. Ik hoor graag van u.