
Denktank The Hague Centre for Strategic Studies waarschuwt dat klimaatverandering de maatschappelijke stabiliteit ondermijnt. Ironisch genoeg lijkt het rapport, in opdracht van de Nederlandse politie geschreven, zelf een handboek te zijn voor maatschappelijke ontwrichting. Want wie burgers permanent waarschuwt voor naderend onheil, gebaseerd op wankele aannames, creëert vanzelf angst, wantrouwen en weerstand. Juist de overheid – en haar adviseurs – zijn in toenemende mate zélf de ‘risicomultiplier’.
Opinie/door Evert Doornhof (Clintel)
Er is weer een nieuw klimaat-alarmistisch rapport verschenen, ditmaal van het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS). De titel: Veiligheid in een Verhitte Wereld – Klimaatverandering en Maatschappelijke Stabiliteit. Alleen de titel verraadt al de toon: bedreiging, instabiliteit, gevaar – en uiteraard allemaal veroorzaakt door het klimaat. Of beter gezegd: door ú.
Het rapport is geschreven in opdracht van de Nederlandse politie. Dat roept vragen op. Wordt klimaatverandering nu ook al beschouwd als een veiligheidsdreiging? Gaan we straks klimaatagenten inzetten tegen CO₂-uitstoters?
Clintel las het rapport. Onze conclusie: het is een beleidsmatig luchtkasteel, gebouwd op een fundering van onjuiste aannames, selectieve wetenschap en doorgeslagen modeldenken. En dat moet dan de politie adviseren.
De mythe van de ‘risicomultiplier’
De centrale these van HCSS is dat klimaatverandering fungeert als ‘risicomultiplier’. Hittegolven, droogte, overstromingen, zeespiegelstijging – al deze rampen zouden elkaar versterken, met als gevolg maatschappelijke chaos. Migratiestromen, voedselrellen, criminaliteit, verlies van vertrouwen in de overheid. U kent het rijtje.
Wie echter door het rookgordijn van dit rampdenken prikt, ziet dat de vermeende “toename van extremen” (in het weer) vooral een papieren werkelijkheid is. Zoals we uitvoerig documenteerden in ons rapport The Frozen Climate Views of the IPCC, bestaat er geen overtuigend bewijs voor een wereldwijde toename van extreme weersomstandigheden. Integendeel: orkanen, overstromingen, droogte: geen van alle vertoont structurele trends die wijzen op verslechtering door klimaatverandering.
Dat bevestigen ook onze analyses van recente gebeurtenissen, zoals de overstromingen in Limburg of de hevige regen in Valencia. Wat blijkt? De schade werd vooral veroorzaakt door bestuurlijk falen en slechte ruimtelijke ordening, niet door het klimaat. Toch wordt het narratief van de klimaatcrisis er weer bij gehaald, met dank aan media en overheid.
HCSS doet daar nog een schepje bovenop door ook criminaliteit, ongelijkheid en polarisatie onder het kopje ‘klimaateffecten’ te scharen. Hoe vaag en speculatief wil je het hebben?
IPCC als gids, andere alarmistische stemmen als koor
Zoals zo vaak vormt het IPCC het uitgangspunt van het HCSS-rapport. De instelling wordt opgevoerd als hoeder van wetenschappelijke consensus, terwijl veel van de conclusies zijn gebaseerd op modelmatige scenario’s met betwistbare aannames. Over de aanzienlijke onzekerheden in deze modellen blijft het rapport stil.
Hoewel het HCSS-document meerdere bronnen citeert, zijn deze vrijwel zonder uitzondering afkomstig uit een kring van instellingen en publicaties die de centrale hypothese delen dat menselijke CO₂-uitstoot de dominante oorzaak is van klimaatverandering — en dat deze verandering een directe bedreiging vormt voor de mensheid. Die veronderstelling wordt niet onderzocht, maar eenvoudigweg verondersteld. Daarmee sluit het rapport aan bij een eenzijdig narratief waarin klimaatverandering per definitie een risico vormt, en waarin het voorzorgsprincipe steeds vaker als beleidsfundament dient.
In ons eigen essay “Immuun voor klimaatverandering” tonen we juist aan dat wie nuchter naar de feiten kijkt, ziet dat er geen enkele aanwijzing is dat klimaatverandering een gevaar vormt of gaat vormen voor de mensheid. Extreem weer neemt niet toe, sterfte door klimaat-gerelateerde rampen daalt scherp en mens en natuur blijken opmerkelijk veerkrachtig. Kortom: de feiten ondersteunen het alarm niet.
De staat als redder én dader
HCSS waarschuwt dat klimaatverandering de maatschappelijke stabiliteit ondermijnt. Ironisch genoeg lijkt het rapport zelf een handboek te zijn voor maatschappelijke ontwrichting. Want wie burgers permanent waarschuwt voor naderend onheil, gebaseerd op wankele aannames, creëert vanzelf angst, wantrouwen en weerstand. Juist de overheid – en haar adviseurs – zijn in toenemende mate zélf de ‘risicomultiplier’. Denk aan het klimaatbeleid dat boeren van hun land jaagt, aan burgers die hun energierekening niet meer kunnen betalen, aan gedwongen warmtepompen en verbodsbepalingen. En dan durft HCSS in dit rapport te suggereren dat klimaatgevolgen tot onrust leiden, zonder te wijzen op het beleid zelf?
De staat creëert het probleem, duidt het als extern (klimaat!) en reikt zichzelf dan de oplossing aan in de vorm van meer sturing, meer controle en meer budget. Een klassiek staaltje van bestuurlijke zelfversterking.
Het gevaar van dit rapport
Dit rapport is niet slechts een academische exercitie. Het is een beleidsdocument, gericht op veiligheidsdiensten. De boodschap: bereid je voor op chaos door het klimaat. De impliciete suggestie: klimaatkritiek, protest of scepticisme kan voortkomen uit instabiliteit – en moet dus worden gemonitord of bestreden.
Dat is een gevaarlijke denkfout. Juist burgers die opkomen voor rationeel beleid en de rol van wetenschap willen herstellen verdienen bescherming, geen argwaan. De ware dreiging is niet de temperatuur, maar de beleidswaan die wordt gevoed door rapporten als dit.
Clintel roept op tot nuchterheid
Wij roepen overheidsinstanties, politie en beleidsmakers op om zich niet te laten leiden door dit type eenzijdige analyses. Klimaatbeleid moet gebaseerd zijn op feiten, niet op doemscenario’s. We pleiten voor een open, pluralistisch debat over klimaatverandering waarin ook afwijkende visies – zoals die van Clintel – een volwaardige rol krijgen.
De samenleving heeft behoefte aan stabiliteit. Niet aan rapporten die op basis van twijfelachtige wetenschap chaos voorspellen – en zo bijdragen aan de onrust die ze zeggen te willen voorkomen.