De Tsjeljabinsk meteoroïde

Een nieuwe einde-der-tijden-film gaat nu eens niet over klimaatverandering of stiekem toch wel? Jaap Hanekamp beschrijft hoe de naderende meteoriet in de film Don’t Look Up gebruikt wordt als allegorie voor klimaatverandering door CO2. Een misplaatste vergelijking wat hem betreft. “Het idee dat mensen zouden weigeren ‘omhoog te kijken’ naar het letterlijk zichtbare bewijs dat een komeet op ons afkomt is absurd en totaal niet overtuigend.”

Kerstavond. Online gekerkt. Samen gekookt, heerlijk getafeld; een spelletje gedaan. Tijd voor een film. Dochterlief kwam met Don’t Look Up op de proppen. Met de acteurs in deze film zit het wel goed, zou je denken: Leonardo DiCaprio, Jennifer Lawrence, Meryl Streep, Rob Morgan, Mark Rylance, en zo verder. En inderdaad, aan acteerkwaliteiten geen gebrek. Kunnen al deze acteurs van naam en faam chocolade maken van het verhaal? Kort samengevat: nee en mwah. Maar wacht, er is meer.

Het verhaal, in het kort. (Spoilers!) Twee astronomen – prof. Dr. Randall Mindy (DiCaprio) en zijn promovendus Kate Dibiasky (Lawrence) – ontdekken een komeet van kilometers in doorsnede.

Deze komeet, die vernoemd wordt naar de promovendus, is afkomstig uit de Oortwolk en zal de aarde binnen zes maanden treffen. Resultaat? Einde wereld, einde mensheid.

Een Extinction-Level Event dus.

Beiden doen verwoede pogingen de president van de VS en het publiek te overtuigen dat de wereld teneinde komt, tenzij er pogingen worden ondernomen de komeet van koers te laten veranderen.

Ze trachten ook via de media hun doel te bereiken, maar die geven geen blijk van enige interesse in de leven-of-dood situatie waarin de wereld zich feitelijk bevindt.

De film levert een onderhoudend verhaal met op sommige momenten prima acteerwerk.

DiCaprio speelt zijn woede-uitbarstingen en ander instabiel gedrag geloofwaardig, hoewel ze wellicht net iets te vaak in het verhaal nodig worden geacht.

Daar staat tegenover dat hij voor het merendeel een terughoudend spel speelt met de kijker en zijn mede acteurs, precies passend bij zijn rol als ‘low-level’ professor die, ondanks zichzelf, terecht komt in de hoogste politieke en mediale kringen.

De andere acteurs lijken meer van bordkarton, als decor voor het spel van DiCaprio. Streep, in de rol van president van de VS, maakt daar overigens handig gebruik van.

Want, presidenten van de VS zijn toch niets meer dan cartoonfiguren gemotiveerd door geld, machtswellust en seks?

Dat filmische politieke spel voldoet, nogal teleurstellend, aan de gemiddelde verwachtingen van de kijker en maakt het daarmee nauwelijks interessant.

Lawrence’s rol komt mijns inziens pas tot leven in haar interactie met Timothée Chalamet, die aan het einde van de film in beeld komt.

De titel van film refereert aan, natuurlijk, ‘komeetontkenners’.

Deze ontkenners roepen iedereen op niet omhoog te kijken en dus het zichtbare bewijs dat de komeet inderdaad op ons afstormt te negeren.

Tot zover (de spoilers).

Het verhaal, zoals uit de titel van de film zonneklaar blijkt, is een onverholen allegorie.

Een allegorische vertelling is een metafoor in de vorm van een personificatie van iets abstracts. De personificatie en het abstracte hebben uiteraard een bepaald soort overeenkomst.

Don’t look up verbeeldt desastreuze klimaatverandering – het abstracte – in de vorm van een aanstormende komeet – de personificatie – die we kunnen zien en waartegen we geen actie ondernemen, terwijl dat wel zou kunnen/moeten.

‘Komeetontkenners’ zijn niets anders dan ‘klimaatontkenners’.

Los van het feit dat het geen sinecure is een komeet van een omvang van meerdere kilometers van koers te laten veranderen, houdt dr. Randall Mindy in de media ons, allegorisch natuurlijk, het volgende voor:

Journalist (Brie): All right. So, Randall, we’re hearing that there is no comet, or that there is a comet but it’s a good thing or maybe it’s a bad thing. We are so confused. So, could you please help us out here, you know, oh wise scientist?

dr. Randall Mindy: … Look, let’s establish, once again, that there is a huge comet headed towards Earth. And the reason we know that there is a comet is because we saw it. We saw it with our own eyes using telescope. … we took a f#cking picture of it. What other proof do we need?

And if we can’t all agree at the bare minimum that a giant comet the size of Mount Everest hurtling its way towards planet Earth is not a f#cking good thing, then what the hell happened to us? … How do we even talk to each other? … What’ve done to ourselves? How do we fix it?

We should have deflected this comet when we had the f#cking chance, but we didn’t do it. … And now they’re actually firing scientists like me for speaking out, for opposing them. And I’m sure many of the people out there aren’t even gonna listen to what I just said ‘cause they have their own political ideology, but I assure you I am not on one side or the other. I’m just telling you the f#cking truth. …”

Wetenschap, data, feiten, de waarheid. ‘Speaking truth to power’. Daar stáát Randall voor, samen met zijn promovendus Kate. Binnen het verhaal een plausibele positie van beiden.

De publieke uitbrander van de miskende academicus, die de waarheid probeert te slijten aan iedereen die het maar horen wil, is ontegenzeggelijk te situeren in het klimaatnarratief.

Dat wil zeggen, zo zien klimaatwetenschapper zichzelf graag, als Davids tegenover de Goliaths van de multinationals, de politici, de dwarse vloggers en podcasters met hun komplot theorieën en hun (in sommige gevallen) miljoenenpubliek.

De vraag is echter: wérkt deze allegorie?

Is de komeet die de Aarde zal verwoesten een functionele metafoor voor klimaatverandering als gevolg van ‘onze’ kooldioxide uitstoot?

Het antwoord is een volmondig nee. Waarom? Om dat te begrijpen moeten we het hebben over causaliteit, oorzaak-gevolg relaties.

Dat onze Aarde al miljoenen en miljoenen jaren wordt geteisterd door materie uit het heelal van allerlei omvang is algemeen bekend en geologisch gefundeerd.

De Chicxulubkrater, ontstaan door een asteroïde van zo’n 10 kilometer doorsnede, heeft 66 miljoen geleden geleid tot het uitsterven van de dinosauriërs.

De eerste botsing tussen twee hemellichamen die ooit rechtstreeks is waargenomen – Jupiter en de komeet Shoemaker-Levy 9 – vond plaats tussen 16 en 22 juli 1994.

Op 15 februari 2013 werd het meest recent stuk materie – de Tsjeljabinsk meteoroïde – gefilmd die de Aardse dampkring binnendrong met een snelheid van zo’n slordige 69.000 km/h.Uiteindelijk ontplofte de meteoroïde hoog in de atmosfeer met een kracht van 400–500 kiloton TNT, 26 tot 33 krachtiger dan de atoombom die Hiroshima in de as legde.Mijn punt is hopelijk duidelijk: de ontelbare brokken materie die door ons zonnestelsel suizen vormen een kenbaar én (heel soms) een zichtbaar gevaar voor ons bestaan.Wat weten we niet over al dat ‘ruimtegruis’? Wannéér ‘gevaarlijk stenen’ inslaan op onze planeet.Die kennis is lastig te vergaren; veel kleine objecten zijn vrijwel niet waar te nemen en zijn desalniettemin gevaarlijk, zoals is gebleken.Dat brengt ons bij het klimaatnarratief, dat van een totaal andere orde is. Eerst maar eens de klimaatdefinitie zoals die te vinden is op de KNMI-site:

“Het klimaat is het gemiddelde weer over een bepaalde periode. Een klimaat is niet stabiel, het kan door natuurlijke en menselijke invloeden veranderen. Om het klimaat te bepalen wordt gekeken naar het gemiddelde over 30 jaar van temperatuur, vocht, luchtdruk, wind, bewolking en neerslag. Dagelijkse en jaarlijkse variaties en hoe vaak extremen voorkomen zijn ook van belang. Voorbeelden van extremen zijn hittegolven en zware regen met wateroverlast of overstromingen.”

Klimaat is dus niet waarneembaar zoals een komeet van de omvang afgebeeld in de film waarneembaar is. Het is een grote verzameling weergegevens over een lange periode.

Daarmee is overigens niets gezegd over de eventuele gevaren van klimaatverandering als gevolg van menselijke kooldioxide uitstoot.

Desalniettemin, het verschil tussen de gevaren van beide fenomenen is, hoe zeg ik dat netjes, astronomisch.

Nogmaals: de inslag van een ‘ruimtesteen’ van betreffende filmische omvang heeft rechtstreekse, zichtbare en voelbare (causale) consequenties voor het bestaan van ons allemaal.

De komeetinslag betekent voor de gehele wereldbevolking de dood (heel snel of met enige vertraging), samen met het merendeel van het andere leven op Aarde.

De mogelijke causale relatie tussen kooldioxide en gevaarlijke klimaatverandering is complex, multifactorieel (leuke term: door meerdere factoren bepaald) en speelt zich af over een hele lange periode, wellicht eeuwen.

Belangrijker: de inzichten daarover worden voor een groot deel bepaald door computermodellen.

Klimaatbeleid gaat ervan uit dat de computermodellen, die de toekomst van het klimaat berekenen in relatie tot onze kooldioxide-uitstoot, de werkelijkheid goed voorspellen.

Meer dan dat, om de menselijke invloeden te modelleren worden parallel daaraan klimaatmodelleringen uitgevoerd in afwezigheid van diezelfde menselijke ‘klimaatbemoeienis’ (zie bijvoorbeeld dit artikel).

Dat vraagt natuurlijk heel erg veel van de modelleurs en de kwaliteit van data – zoals temperatuur, neerslag, windsnelheden, weerfenomenen – die over de gehele wereld zijn verzameld.

Nogmaals: al dat modellenwerk behoort toekomstige toestanden van het klimaat – temperatuur, weerextremen en zo verder – met ‘enige’ precisie te voorspellen. Vooralsnog lukt dat niet echt, of echt niet, zoals het blad Science meldt:

“Many of the world’s leading models are now projecting warming rates that most scientists, including the modelmakers themselves, believe are implausibly fast. In advance of the UN report [released a week later], scientists have scrambled to understand what went wrong and how to turn the models, which in other respects are more powerful and trustworthy than their predecessors, into useful guidance for policymakers.”

Hoe dat allemaal ook zij, modellen produceren geen feiten maar mogelijke toekomstige standen van zaken.

Daarbij komt dat een model in de wetenschap alleen dán vertrouwenswaardig is als het toekomstige standen van zaken correct geprojecteerd (voorspeld) heeft.

Ter afsluiting: is Don’t look up een onderhoudende film? Tot op zekere hoogte. Is de film als allegorie effectief. Absoluut niet! Het is mislukte ‘in-your-face klimaatevangelisatie’.

Het idee dat mensen zouden weigeren ‘omhoog te kijken’ naar het letterlijk zichtbare bewijs dat een komeet op ons afkomt is absurd en totaal niet overtuigend.

Daarmee is ‘komeetontkenner’ minstens een net zo’n krankjorum concept als ‘klimaatontkenner’.

En dan te bedenken dat je kometen echt kunt zien …

Dr. Jaap C. Hanekamp Jr. promoveerde in de scheikunde in 1992 (Universiteit Utrecht) en nogmaals in de filosofie en theologie in 2015 (Universiteit van Tilburg). Zijn tweede proefschrift is getiteld Utopia and Gospel en beschrijft dat duurzaamheid een utopisch concept is. Sinds 2007 is Hanekamp Associate Professor aan het University College Roosevelt in Middelburg waar hij onder andere scheikunde doceert. Sinds 2011 is hij tevens Adjunct Faculty Member aan de University of Massachusetts Amherst. Hanekamp is auteur van tientallen wetenschappelijke papers. Hij blogt geregeld op zijn persoonlijke website.