Dichteres Mieke van Zonneveld fileert het taalgebruik van Extinction Rebellion. Ze constateert dat de klimaatactivisten onze taal flink aan het vervuilen zijn. Is er sprake van een taalcrisis? Het woord ‘crisis’ is al zo aan inflatie onderhevig dat ze liever spreekt van ‘woordenwoeker’. Is ‘woordenwoeker’ veroorzaakt door de mens? 97 Procent van de wetenschappers denkt van wel.  

Volgens Extinction Rebellion staan we aan de rand van de afgrond

Time is up! Honderden jaren van wanstaltigheid en manipulatie hebben ons naar de afgrond gebracht. Over de hele planeet verliezen mensen hun baan, hun hoop, hun reputatie. We hebben nog maar een paar jaar om de ergste gevolgen van de taalcrisis af te wenden, als we niet al te laat zijn. De zoveelste massale verloederingsgolf is begonnen. Wat we de komende paar jaar doen, bepaalt de toekomst.

Oké, misschien is dat iets overdreven. Ik varieer op de tekst waarmee de Nederlandse homepage van Extinction Rebellion je verwelkomt. Die tekst gaat natuurlijk niet over taal, maar over klimaatverandering. Ik heb maar een paar woorden hoeven veranderen om een ander probleem onder de aandacht te brengen. Laat ik het geen crisis noemen. Crises hebben we genoeg. Laat ik het taalvervuiling noemen.

De homepage van Extinction Rebellion bevat een voor klimaatalarmisten exemplarisch staaltje retoriek. Het is de taal van adverteerders. De bedoeling is dat we in actie komen, bijvoorbeeld door te doneren of door mee te doen aan demonstraties. Als je in reclames met dergelijke taal wordt geconfronteerd, kaatst ze als het ware van je af, omdat je weet dat adverteerders je beroepshalve bedonderen. Maar de tekst van Extinction Rebellion wordt wijd en zijd geloofd. Vooral door jongeren.

Laten we eens naar de oorspronkelijke tekst kijken. ‘Time is up’, kopt de homepage. Het Engels spreekt jongeren misschien meer aan en benadrukt dat dit een internationale crisis is. De urgentie spat ervan af. Eigenlijk is het al te laat. Het is geen vijf voor twaalf maar enkele seconden voor twaalf. Tijd voor genuanceerde gesprekken is er echt niet meer. ‘Honderden jaren van uitbuiting en vernietiging hebben ons naar de afgrond gebracht.’ Aldus de volgende zin. Honderden jaren van uitbuiting en vernietiging? Hoeveel eeuwen geleden het kwaad volgens Extinction Rebellion precies in de wereld kwam, blijft vaag, maar gezien hun overige ideeën is 1750 geen onredelijke schatting. Uitbuiting en vernietiging?  Eens kijken: de medische zorg is sindsdien enorm verbeterd, voedselverbouwing is efficiënter geworden, wereldwijd leven er steeds minder mensen in extreme armoede. Of gaat het niet om mensen maar om de aarde zelf die wordt uitgebuit? Welk deel van de aarde en hoe precies blijft dan onduidelijk. De bewering hangt in het luchtledige. En vernietiging? Daarvoor geldt hetzelfde. Het is onduidelijk wie wat waar precies vernietigd heeft, maar het militante woord heeft zijn taak al volbracht. En dan die ‘afgrond’ aan de rand waarvan we kennelijk staan. De toekomst is een ravijn.

Dodelijke crisis
‘Over de hele planeet verliezen mensen hun leefwijze, leefomgeving en levens.’ Lelijke zin, vind ik, maar dat terzijde. Drie keer een vorm van het woord ‘leven’ moet natuurlijk benadrukken dat deze crisis dodelijk is. Verder roept de zin vooral vragen op. Wat betekent het precies om een ‘leefwijze’ te verliezen? Misschien valt te denken aan boeren die wegens weinig regenval een gewas niet meer kunnen verbouwen en moeten overschakelen op een ander, tegen droogte bestand, gewas? Dat zou lastig zijn voor die boeren, maar het is ook iets van alle tijden. Je leefomgeving verliezen door veranderingen in het klimaat trouwens ook, vooral als je afhankelijk bent van landbouw. Rond 1200 voor Christus waren er enorme volksverhuizingen die volgens oudheidkundigen een van de voornaamste oorzaken zijn geweest voor het ineenstorten van alle destijds bekende grote beschavingen: de Egyptische, de Minoïsche, de Myceense. Die volksverhuizingen werden waarschijnlijk veroorzaakt door klimaatverandering. Lang voor de industriële revolutie.

Maar de climax van Extinction Rebellion is nog niet af. Mensen verliezen hun leefwijze, leefomgeving en dan de derde van de drieslag: ‘levens’. Levens. Dat meervoud vind ik een beetje grappig, omdat het suggereert dat een mens meerdere levens kan verliezen. Misschien zijn de schrijvers fervente gamers? Eén keer sterven is kennelijk niet dramatisch genoeg. Het is natuurlijk waar: overal verliezen mensen hun leven. Ook dat is, vrees ik, altijd zo geweest. Het woord ‘planeet’ valt trouwens ook op. Waarom niet gewoon ‘aarde’? Misschien omdat het de ramp kosmische proporties geeft?

Nog maar een paar jaar
‘We hebben nog maar een paar jaar om de ergste gevolgen van de klimaatcrisis af te wenden, als we niet al te laat zijn.’ Aldus de volgende zin. Eerst slaak je opgelucht een zucht: gelukkig, time is dus niet up! Maar de schrijvers van deze tekst vreesden al voor dat effect en voegden de bijzin toe. Niet opgelucht zuchten, maar nu in actie komen! Dat is de boodschap. We moeten alles op alles zetten voor het geval dat het nog zin heeft. Kleine persoonlijke noot: toen ik op mijn eenentwintigste gediagnosticeerd werd met acute leukemie en wilde weten hoeveel kans ik had op genezing, schrok ik van het welbeschouwd nogal hoopgevende antwoord: 4 op de 5, 80% overleeft. Ik schrok van die andere 20%. Hoe voelt een jongere zich die bezorgd is om het klimaat en deze zin leest?

Volgende zin: ‘De zesde massale uitstervingsgolf is begonnen.’ Hyperbolen alom. Er wordt ‘massaal’ gestorven en wel in ‘golven’. Belangrijke informatie ontbreekt, namelijk wie er waar precies sterven en waaraan. Is er wel een één op één relatie met die doden en de toename van CO2 in de atmosfeer? Of zijn er (ook) andere belangrijke oorzaken? Zo’n één op één relatie lijkt me moeilijk te bewijzen, maar het schijnt zo ongeveer de kern te vormen van het evangelie volgens Extinction Rebellion. Als je je ziel in het leven wilt behouden, kun je er beter niet aan twijfelen. Je maakt je er bovendien impopulair mee en loopt het risico te worden uitgemaakt voor ‘klimaatontkenner’, wappie, of, als je echt pech hebt, Donald Trump.

‘Wat we de komende paar jaar doen,’ aldus Extinction Rebellion, ‘bepaalt de toekomst van het leven op Aarde’. Het is ongekend ernstig en urgent. Het leven, al het leven, staat op het spel tenzij we tussen nu en, zeg, 2024 heel radicale veranderingen doorvoeren. Moeder Aarde, het slachtoffer van de vermaledijde mens, krijgt een hoofdletter.

De tekst van Extinction Rebellion gaat klimaatverandering te lijf met hyperbolen. Veel mensen zullen dat, in navolging van klimaatwetenschapper Stephen Schneider, een van de voormannen van het IPCC, geen probleem vinden. Schneider schreef over het verminderen van het risico op klimaatrampen het volgende: To do that we need to get some broad based support to capture the public imagination. That of course meant getting loads of media coverage. So we have to offer up scary scenario’s, make simplified dramatic statements and make little mention of any doubt we might have. Een beetje overdrijven moet kunnen voor de goede zaak.

Taalcrisis
Misschien moet ik dat ook doen en taalvervuiling eerst een taalcrisis noemen. Of nee, crises zijn aan inflatie onderhevig. Beter is misschien woordenwoeker. Heb ik uw aandacht?

Oké, we moeten onszelf drie belangrijke vragen stellen. 1. Wordt woordenwoeker veroorzaakt door de mens? 2. Is woordenwoeker een ernstige bedreiging? 3. Wat kunnen we aan woordenwoeker doen?

97% van de wetenschappers is het erover eens dat woordenwoeker wordt veroorzaakt door de mens. The science is settled.
Is het een bedreiging? Ja, als we zo doorgaan, gaan we er allemaal aan.
Kunnen we er iets aan doen? Dat ligt eraan. We hebben nog maar een paar jaar om de ergste gevolgen van woordenwoeker af te wenden, als we niet al te laat zijn.

Mieke van Zonneveld

Mieke van Zonneveld (1989) is dichter en docent Nederlands.

Ze is geboren en getogen in Hilversum en keerde na haar studie weer naar haar geboorteplaats terug.

Van 2018-2021 was ze de stadsdichter van Hilversum.

Van Zonneveld won in 2013 de nationale Turing gedichtenwedstrijd en debuteerde begin 2017 bij De Bezige Bij met haar bundel Leger. 

Deze werd zeer goed ontvangen.

Ze won er de Eline van Haarenprijs, de Eijlders poëzieprijs en de Lucy B en C W Van der Hoogtprijs mee.