Dit artikel is eerder gepubliceerd bij Wynia’s Week

‘Hele bossen worden opgestookt in biomassacentrales, omdat de CO2 boekhoudkundig niet meetelt.’ Bron: milieuzaken.org.

Klimaatactivisten stellen dat zij en zij alleen de belangen van toekomstige generaties behartigen. Ze houden ons een beeld voor van klimaatdoem en vragen ons dan ‘hoe leggen wij straks uit aan onze kinderen dat we de planeet om zeep hebben geholpen?’ Met deze retorische truc leiden ze veel mensen om de tuin.

De werkelijkheid is anders: het beleid dat de klimaatactivisten willen opleggen is schadelijk voor het milieu en toekomstige generaties. Lucas Bergkamp analyseert deze veel gebruikte drogredenering om klimaatdwang aan het volk op te leggen.

Schuld en boete

Een mooi voorbeeld van de manier waarop klimaatactivisten toekomstige generaties inzetten was de riedel van een Groen Links-Kamerlid afgelopen week. ‘We zijn rijk geworden door de destructie van natuur en flinke CO2-uitstoot’, zei ze, ‘en nu zijn het anderen die het meest lijden onder de gevolgen: toekomstige generaties, de meest kwetsbaren wereldwijd en de natuur.’ Ze riep de ‘klimaatrechtvaardigheid’ aan en stelde de Nederlandse burger daarvoor verantwoordelijk.

Zijn ‘we’ inderdaad rijk geworden door het vernietigen van natuur of CO2 uit te stoten? Of zou het Westen geworden zijn wat het is door een sterke cultuur, wetenschap, industrialisatie, innovatie en hard werken. Van GroenLinks moet u zich schuldig voelen en nu uw ‘CO2-voetafdruk’ drastisch verminderen want ‘toekomstige generaties’. Waar komt dat argument eigenlijk vandaan?

Duurzaamheid

Het beroep op toekomstige generaties is onlosmakelijk verbonden met het idee van duurzame ontwikkeling, dat al een hele tijd door de milieubeweging wordt gepromoot. Duurzame ontwikkeling, ofwel ‘intergenerationele rechtvaardigheid’, houdt ons voor dat economische ontwikkeling rekening moet houden met de behoeften van toekomstige generaties zonder evenwel de huidige generaties tekort te doen.

Die omschrijving geeft al aan dat we hier te maken hebben met een politiek begrip, want zonder subjectieve waardeoordelen valt dit vage begrip niet toe te passen. Dat betekent ook dat de wetenschap, bureaucraten en rechters zich niet kunnen uitspreken over duurzaamheid en intergenerationele rechtvaardigheid. De toekomstige generaties dreigen echter gekaapt te worden door de klimaatbeweging om buiten de democratie met valse voorwendselen om het door haar gewenste beleid af te dwingen.

Van overheidsschuld naar klimaatschuld

Rond het jaar 2000 was de heersende doctrine in politiek en economisch Nederland dat er binnen één generatie een begrotingsoverschot diende te zijn vanwege de vergrijzing, temeer omdat het Groningse gas dan op zou zijn. En je mocht volgende generaties niet belasten met die schulden. Dat was toen, maar toch is het niet meer dan zo’n 20 jaar geleden.

In 2006 kwam de misleidende klimaatfilm van Al Gore uit, die de titel An Inconvenient Truth droeg. Vanaf dat moment was klimaatverandering ineens een moreel, in plaats van een wetenschappelijk probleem – de mensheid heeft de ethische plicht om het klimaat voor de toekomst te beschermen.

Met die moralisering van het klimaat wisselden ‘klimaatschuld’ en overheidsschuld elkaar af als heersende doctrine. Nu worden er staatsschulden aangegaan om het schuldige gas voor burgers en bedrijven betaalbaar te houden. Maar is dat wel in het belang van volgende generaties en is de ongemakkelijke waarheid niet de afwezigheid van gevaarlijke ‘klimaatcrisis’?

Timmermans’ kinderen

Machtshongerige politici sprongen graag op de klimaatkar die Gore voorttrok. Kort na zijn aantreden had Frans Timmermans al door dat hij daarmee zijn klimaatimperium kon gaan uitbouwen. De samenleving zou omgevormd moeten worden om klimaatverandering tegen te gaan, bedacht hij, want ‘het gaat om de gezondheid van onze kinderen, om de veiligheid van ons land’. Later voegde hij daaraan nog toe ‘als we nu wachten, hebben mijn kinderen straks problemen’. Dat lijkt wel mee te vallen nu zijn kinderen ook een graantje kunnen meepikken van de klimaathype.

Dit is overigens dezelfde Timmermans die Europa niet aan zijn moeder kan uitleggen en die binnen de Europese Commissie verantwoordelijk was voor deregulering, maar nu het meest excessieve Europese reguleringsproject ooit uitvoert: de Green Deal. Eenmaal ‘Commissaris Klimaat’ ging hij van meet af aan vol op het alarmistische orgel met een beroep op toekomstige generaties. Met zijn slogan dat het ‘onze plicht’ is ‘onze planeet voor toekomstige generaties te beschermen’, speelde hij doelbewust de milieubeweging in de kaart.

Zorgen voor toekomstige generaties

Het idee dat de mens niet behoort te handelen in de trant van ‘na mij de zondvloed’ is al zo oud als de weg naar Rome. De mate waarin mensen denken om de toekomst is echter vooral een functie van de mate waarin aan hun basale behoeften, zoals voldoende voedsel en een dak boven het hoofd, is voldaan. Daarom is er in landen met een grotere welvaart meer oog voor milieubescherming en zijn er meer middelen beschikbaar voor investeringen in de toekomst.

Desalniettemin bestaat er een risico dat de huidige generaties onverantwoord omgaan met de beschikbare middelen, inclusief de natuur. Om die reden heeft de Amerikaanse econoom Robert Solow voorgesteld om in de getallen over de economie van een land ook tot uitdrukking te brengen hoe een land met zijn natuurlijke rijkdommen omspringt. Daarmee komt de zorg voor toekomstige generaties tot uiting in de statistiek.

Immigranten en klimaat

Volgens de prognoses van de overheid zullen de toekomstige generaties in Nederland voor een belangrijk deel immigranten zijn. Dan zou het voor de hand liggen om het lange termijn klimaatbeleid met name op de wensen en behoeften van immigranten af te stemmen. Maar daar wringt de schoen: moslims hebben niks met klimaat.

De overheid probeert ook de moslims te indoctrineren in het klimaatgeloof met, zoals gebruikelijk in klimaatland, een pot met geld. Dat lukt echter niet zo — de Stichting Groene Moslim heeft een oerhollandse als voorzitster. Hoe het ook zij, als je je werkelijk interesseert voor toekomstige generaties zou je bij de immigranten te rade moeten gaan in plaats van proberen ze te bekeren.

Er zit nog een andere kant aan migratie, die in het klimaatdebat onderbelicht blijft. Migratie leidt tot een sterke verhoging van de ‘CO2-voetafdruk’ van de migrant. Terwijl de gemiddelde bewoner van Nederland een uitstoot heeft van 8,4 ton per jaar, heeft een gemiddelde Marokkaan slechts een uitstoot van 2,0 en een Soedanees nog veel minder, 0,2. Op het moment dat zo’n migrant Nederland betreedt stijgt zijn CO2-voetafdruk dus 4 tot 42 maal. Vanuit het oogpunt van ‘klimaatbescherming’ zou het dus voor de hand liggen om de migratie zoveel mogelijk te verminderen en opvang in de regio te regelen. De progressieve partijen willen daar echter niet van weten en durven zelfs te claimen dat migratie een gevolg is van klimaatverandering.

Totalitaire trekken

Voor alle duidelijkheid: de Nederlandse burger is geen egoïst, maar heeft compassie met de medemens, wil goed zorgen voor het milieu en voor toekomstige generaties, maar met inachtneming van andere belangen en op rationele wijze. De klimaatbeweging doet echter voorkomen alsof de burger uitsluitend nog maar van zo snel mogelijke emissiereductie zou willen weten, ongeacht de gevolgen voor de medemens, het milieu en toekomstige generaties.

Dat is uiteraard een veel te eenzijdig beeld – de burger heeft oog voor uiteenlopende belangen en rechten, zoals betaalbare en zekere energie, en stelt prijs op democratie en de rechtsstaat. Die zaken zijn bij de klimaatbeweging echter in slechte handen.

‘Recht is wat het klimaat dient’, is de slogan van de beweging. Privé-aangelegenheden die ‘uitstoot’ veroorzaken worden bij hen publieke zaken, de zelfverzonnen ‘klimaatmoraal’ wordt klimaatrecht en burgerrechten worden burgerplichten om het klimaat te dienen.

Wie recht van spreken heeft, heeft macht

Net als de natuur, de Noordzee en dieren, spreken toekomstige generaties niet. Dat kunnen ze niet, want ze bestaan nog niet. Keer op keer werpt de progressieve beweging zich daarom op als spreekbuis voor zaken of mensen die niet voor zichzelf kunnen spreken.

Dat doen zij niet omdat zij superieure kennis hebben van de noden van machtelozen. Nee, ze doen dat omdat ze nood aan meer macht hebben — de machtelozen zijn slechts het instrument. Progressieve politici hoor je daarom aanzienlijk minder over volgende generaties in verkiezingsjaren.

[google_display-2]

Met het verlenen van rechten aan toekomstige generaties, wordt geen probleem opgelost, maar een probleem geschapen — wie krijgt het recht van spreken voor die generaties. Want waarom zouden alleen progressieve milieu- en klimaatclubs voor hen mogen spreken? Zouden toekomstige generaties echt alleen oog hebben voor het klimaat, niet voor het milieu, de economie, de welvaart en tal van andere zaken? De zelfbenoemde spreekbuizen zul je er niet over horen, maar ook anderen zouden recht van spreken moeten hebben als het over de toekomst gaat. Overigens is het geven van rechten aan toekomstige generaties een slecht idee, want in een democratie geef je alleen rechten aan personen die daarom vragen.

Regressief klimaatbeleid

Net nu we op het punt zijn gekomen waarop de Nederlandse samenleving een enorme progressieve stap voorwaarts had kunnen maken, komt de ‘progressieve’ beweging met regressief beleid. Met de enorme bedragen die naar ‘het klimaat’ gaan hadden we de beste volkshuisvesting, de beste gezondheidszorg en het beste onderwijs ter wereld kunnen hebben en dat zou voornamelijk aan de lagere inkomens ten goede komen.

Maar in plaats daarvan kregen we overal windmolens die het landschap, de natuur en menselijke gezondheid aantasten en worden hele bossen opgestookt in biomassacentrales, omdat de CO2 boekhoudkundig niet meetelt. Dan hebben we het nog niet eens over de peperdure energie die het klimaatbeleid veroorzaakt waardoor veel mensen in energie-armoede moeten leven. En dat terwijl een veel effectiever en goedkoper alternatief in de vorm van kernenergie voorhanden is.

Ook ten aanzien van inkomensherverdeling is het klimaatbeleid regressief. Subsidiëring van dure elektrische auto’s bijvoorbeeld betekent dat laagbetaalden via belastingen rijke elektrische autorijders subsidiëren. Voor hernieuwbare energie hebben investeerders eveneens grote bedragen aan subsidies binnen weten te harken.

Als je naar de effecten van het klimaatbeleid buiten Nederland kijkt, zie je de verwoestende gevolgen van de mijnbouw in ontwikkelingslanden die nodig is om alle mineralen en metalen te winnen voor de windmolens, zonnecellen en batterijen die het beleid eist.

Morele hoogmoed

Die negatieve gevolgen hebben in het frame van de klimaatbeweging nauwelijks een plaats, want klimaatbeleid is een heilig moeten. Denken klimaatactivisten echt dat de behoeften van toekomstige generaties in Nederland zo beperkt zijn en dat de toekomst van een continent als Afrika aan hun klimaatwensen ondergeschikt dient te zijn?

Dit soort vragen wordt steevast opzij geschoven met de dooddoener dat de mensheid niet zal overleven tenzij je hun eisen inwilligt. Om deze seculiere eschatologie kracht bij te zetten verwijzen ze dan meestal naar ‘de wetenschap’.

Maar die wetenschap bestaat alleen in hun eigen vlugschriften. In feite gaat het hier om morele hoogmoed: in hun morele superioriteit menen de klimaatactivisten niet alleen de wetenschap te kennen, maar tevens de behoeften van volgende generaties overal ter wereld. Het zijn evenwel de toekomstige generaties die de lasten van het peperdure, maar ineffectieve klimaatbeleid zullen moeten dragen.

Democratie

Met dat alleenrecht op de vertegenwoordiging van toekomstige generaties legt de klimaatbeweging meteen ook een enorme hypotheek op de democratie en vrijheid. Niet lang geleden stelde de progressieve beweging nog dat een land geen concessie voor de winning van olie of gas mag geven voor de lange termijn, want de democratie zou niet voor de toekomst gebonden kunnen worden.

Nu is het precies andersom: de democratie moet gebonden worden voor de toekomst, want anders neemt het volk de verkeerde beslissingen. Odysseus liet zichzelf aan de mast binden, maar de klimaatactivisten willen Odysseus tegen zijn wil aan de mast binden.

Wat voor de democratie geldt, geldt ook voor de individuele vrijheid. Omdat bijna alle menselijke activiteiten direct of indirect uitstoot veroorzaken, matigt de beweging zich een oordeel aan over zo ongeveer alles wat een mens zou kunnen doen of wensen.

De mens moet boeten voor zijn klimaatzonden en bloeden voor toekomstige generaties. Het moge duidelijk zijn dat het inleveren van vrijheid en democratie door de huidige generaties toekomstige generaties geenszins dient, integendeel.

De klimaatbeweging wil niet weten wat de wensen zijn van toekomstige generaties. Zoals God de mens naar zijn beeld schiep, wil de klimaatbeweging toekomstige generaties in haar nauwe keurslijf persen.

Rechtszaken over klimaatwetenschap

Klimaatactivisten zijn politieke operatoren die als geen ander de politiek weten te bespelen en de weg naar de rechterlijke macht goed kennen. Zo is het Milieudefensie gelukt om in de ‘klimaatzaak van de eeuw’ de rechter ervan te overtuigen dat zij de belangen van toekomstige generaties vertegenwoordigt en die zouden ambitieus klimaatbeleid eisen. Want ‘de wetenschap’ heeft aangetoond dat CO2-uitstoot, ‘naar zijn aard’, ‘een zeer groot gevaar’ creëert ‘met een grote kans op schade’ en ‘met ernstige risico’s voor de mensenrechten’ van ‘de toekomstige generaties’.

De rechter begrijpt de wetenschap echter niet. Dat blijkt ook uit het bevel dat zij Shell gaf: Shell moet zijn beleid afstemmen op een specifiek scenario dat kans biedt op het halen van 1,5⁰C. Maar dat scenario maakt aannames over bevolkingsgroei en migratie, en daarom zou de mate van emissiereductie die Shell moet doorvoeren (meer of minder dan 45% in 2030) ook een functie moeten zijn van de werkelijke bevolkingsgroei en migratie die gerealiseerd zal worden. Maar dat is dan weer niet zo – de verplichting tot 45% reductie staat ongeacht bevolkingsgroei en migratie.

De vermeende consensus

Of feiten en wetenschap de stellingen van Milieudefensie kunnen schragen stond niet ter discussie – want Shell zweeg en er zou ‘consensus’ bestaan. Waarover precies consensus bestaat laten Milieudefensie en de rechter wijselijk in het midden, want dan zou blijken dat die consensus niet bijster relevant is voor het dispuut dat de rechter diende te beslechten.

Met name over de kosten en baten van klimaatverandering en van klimaatbeleid bestaan grote meningsverschillen; die discussie heeft naast een wetenschappelijke ook een politieke kant. Op geen enkel moment vroeg de rechter zich af of het klimaatbeleid dat Milieudefensie eist, niet veel grotere gevaren voor milieuschade en de mensenrechten schept.

De ‘klimaatramp’ die maar niet komen wil

Dat vermeende ernstige klimaatgevaar volgt niet uit de stand van de wetenschap en moet zwaar gerelativeerd worden. Terwijl de klimaatmodellen die het IPCC gebruikt geen rekening houden met de behoeften van toekomstige generaties, zijn in alle scenario’s van het IPCC, ook de meest extreme, de toekomstige generaties deze eeuw beter af dan wij nu.

De Nobelprijswinnaar Nordhaus heeft overtuigend aangetoond dat niets doen een betere beleidsoptie is dan streven naar een maximale temperatuurstijging van 1,5⁰C, zoals de rechtbank Den Haag heeft opgelegd (zie de figuur hieronder, afkomstig uit Robert P. Murphy, William Nordhaus versus the United Nations on Climate Change Economics, 5 Nov. 2018).

Recent heeft onderzoek door de top-klimaateconoom van eigen bodem, Richard Tol, bevestigd dat de economische kosten van beleid gericht op 1,5⁰C de voordelen ervan ver overstijgen – niet doen zou dus veel beter beleid zijn!

Messiaswanen

Ook de beschikbare gegevens over de gevolgen van extreem weer zijn geruststellend. Sinds de industriële revolutie is het aantal doden door extreem weer alleen maar afgenomen en de ‘klimaatveiligheid’ sterk toegenomen. Dit soort feiten worden door de klimaatbeweging liefst doodgezwegen of anders simpelweg ontkend.

Ondanks het overweldigende bewijs dat klimaatverandering geen ernstig gevaar is, trappen zelfs getrainde sceptici als rechters in de retorische truc van de klimaatbeweging die naar toekomstige generaties verwijst. Die truc werkt omdat daarmee de latente Messiaswanen die bij rechters leven geactiveerd kunnen worden.

De zorgen van toekomstige generaties

Onze klimaatminister wil inmiddels niet meer horen dat het klimaatbeleid wel ‘haalbaar en betaalbaar’ moet blijven. Met het huidige onhaalbare en onbetaalbare klimaatbeleid zullen de toekomstige generaties worden opgezadeld met een duur, inefficiënt en instabiel energiesysteem, een verstoord milieu, en een ondraaglijke schuldenlast. Bovenal zullen zij moeten leven in een samenleving waarin de democratie en de vrijheid op een laag pitje staan en de klimaattechnocratiede EU en de rechterlijke macht de dienst uitmaken.

Voor toekomstige generaties in de ontwikkelingslanden is het beeld nog somberder. Zij zullen met honger en armoede geconfronteerd blijven worden, want de klimaatbeweging zal proberen hun economische ontwikkeling te frustreren die alleen met fossiele brandstoffen een vlucht kan nemen. ‘Leave it in the ground noemt Milieudefensie dat.

Armoede en honger om de perverse morele behoeften van westerlingen te bevredigen. Niet alle Afrikaanse leiders lijken echter onder indruk van dit morele machtsvertoon. Ook de Chinezen blijven bij een strategie die het eigen belang voorop stelt.

Het morele alternatief

Gelukkig is er een moreel alternatief. Een alternatief dat op wetenschap gebaseerd is en gebalanceerd beleid voorstaat dat recht doet aan de belangen van burgers. Een alternatief dat de rechtsstaat respecteert. Een ‘no regrets’ beleid dat ook voor toekomstige generaties de burgerrechten, vrijheid en welvaart waarborgt en ruimte laat voor democratie.